Beauty & the bus

12 minuten leestijd

Onze camperbus staat klaar, de koffers van ons gezin zijn gepakt. We trekken naar Zuidwest-Engeland en hopen op een zonovergoten twee weken. Wilde pony’s, watervallen, het kasteel van Koning Arthur. De fantasie van onze dochters slaat al op hol en ook wij verheugen ons op de pracht die Engeland te bieden heeft: knappe kliffen, weidse vergezichten en veel geschiedenis. En fish-and-chips, of course.

reportage
  • Kamperen

Dag 1: Opwijk-Calais: Zonder haast

Twee weken Zuid-Engeland: we hebben er zin in. Omdat een tunnel ons iets minder spannend leek voor de kindjes dan een oversteek van het Kanaal, reserveerden we een plek op de veerboot Calais-Dover. Etappe 1 gaat dus richting Calais. We hebben geen haast, want de veerboot vertrekt pas morgen. We twijfelen waar we deze nacht zullen kamperen. We denken eerst aan de camperplaats Parking Escalles in Le Mont Dubert, waar je 24 uur gratis kan staan, maar we installeren ons toch maar op Camping Les Erables. Een ideale plek voor een mooie wandeling.

Dag 2: Calais-Brighton: Verwelkoming door zeven zusters

‘s Ochtends moeten we ontiegelijk vroeg op voor de boot, ook al is de haven van Calais maar 20 minuutjes rijden van de camping. Aangekomen in Dover stoppen we al snel langs het water, vlak aan Samphire Hoe Country, waar je een mooi uitzicht hebt op de witte kliffen, maar het wordt nog mooier... We doen een poging om de zuidkust af te rijden richting het westen, maar dat blijkt absoluut niet boeiend en algauw bevinden we ons, na een namiddagstop in New Romney voor een laat Engels ontbijt en een snelle reparatie van een platte fietsband, op de grotere wegen richting Brighton.

Net voor Brighton stoppen we op twee magnifieke plekken: de eerste aan Beachy Head en een tweede iets verderop aan de Seven Sisters. Beide bieden een prachtig uitzicht op de schitterend witte krijtrotsen. Qua verwelkoming in Engeland kan dit tellen!

We maken meteen onze eerste mooie wandeling over de South Downs Way, bekijken een minimonumentje (RAF Bomber Command Memorial) en lopen over het kiezelstrand: steentjes gooien, krijtsteentjes verzamelen, knieën weer eens schaven… het hoort er allemaal bij. Een instant vakantiegevoel op onze eerste dag op het eiland!

In The Hope Inn krijgen we lekkere jacket potatoes voorgeschoteld. We overnachten er op de dijk in de bus, vlak bij de haven. Newhaven is ook een optie om Zuid-Engeland te bezoeken: je neemt dan de ferry vanuit Dieppe, in Frankrijk. Zo sla je alvast een minder interessant stuk autosnelweg vanaf Dover over.

Dag 3-4: Brighton-Exford: Met de camper in het water

‘s Anderendaags trekken we van Brighton het hele eind richting Exford, waar we verblijven op een leuke ecocamping. Na de toch wel lange rit zijn de kindjes heel blij om gewoon wat te kunnen rondlopen op het uitgebreide grasveld en wat tekeningen te maken in de avondzon. De ecocamping beschikt ook nog over een natuurlijk speelbos met eenvoudige actviteiten én – heerlijk met dit weer – een beekje om in te spelen.

Nadat we op de camping pannenkoeken hebben gebakken, trekken we weer verder. We stoppen een paar keer in het hart van het Exmoor National Park. De wegjes zijn hier echt ongelooflijk mooi, maar af en toe slechts zo breed als onze VW California.

Eerste halte in het nationale park: het Tarr Steps Woodland National Nature Reserve. Het bos is bekend om zijn mooie clapper bridge: dat is een middeleeuwse brug die bestaat uit enkele grote granieten platen of clappers. Na een kleine river crossing – met de camper ín het water – rijden we naar Haddon Hill, een van de hogere punten in het zuidwesten van Exmoor National Park, met uitzicht op het Wimbleball Lake, een stuwmeer. Daar kan je heel goed de uitgestrekte open heidevelden van Exmoor ervaren en het is een geweldige plek, zowel voor ons als voor de kudde vrij rondtrekkende Exmoorpony's. Op de terugweg naar de camping maken we nog een snelle omweg via de heide en toppen (tot 519 m) van Dunkery Beacon, om uiteindelijk neer te strijken in The Exmoor White Horse Inn voor een snelle hap.

Dag 5: Exford-Tintagel: Spectaculaire scenic route

De volgende dag trekken we alweer verder en houden we een paar keer halt langs de zeer grillige kustlijn, onder meer voor een cream tea de luxe in B&B Fern Cottage. Via het havenstadje Porlock Weir in Somerset en de Worthy Toll Road (een scenic route om je vingers bij af te likken, met geweldig avontuurlijke en immens mooie vergezichten: zeker de paar ponden tol waard) rijden we langs de kust richting het zuidwesten. 

We strekken onze benen tijdens een korte wandeltussenstop op County Gate Car Park Exmoor tussen de bloemen, en wat later stoppen we ook nog in Lynton & Lynmouth, waar we onze eerste fish-and-chips eten. Vervolgens rijden we via een fantastische panoramische Atlantic Highway richting Tintagel. Exit Devon, welkom in Cornwall. Ondanks zijn reputatie is het weer er geweldig, lekker warm, maar met een frisse bries. Dunne wolkenslierten drijven over de kust landinwaarts, we rijden er dwars doorheen.

Overnachten doen we op de camperplaats King Arthur's Arms Inn, maar pas na een fijne avondwandeling.

Dag 6-7-8: Tintagel - St Michael’s Mount - Land’s End: In de ban van Koning Arthur

Een portie geschiedenis op ons programma vandaag: we bezoeken Tintagel Castle. Ooit was deze ruïne het kasteel van de legendarische Koning Arthur. Het kasteel ligt op een schiereiland bij het plaatsje Tintagel en prijkt hoog op de kliffen. Je krijgt er boeiende geschiedenis, spannende legendes én prachtige uitzichten voorgeschoteld, en alsof dat niet genoeg is, kan je er sinds vorige zomer wandelen over een spectaculaire voetgangersbrug. Die overbrugt de kloof tussen het vasteland en de landtong waarop het kasteel ligt. In de middeleeuwen was er al zo’n brug, maar die verdween tussen de 14de en 17de eeuw. De nieuwe brug herstelt de originele toegang tot het kasteel, zodat je de omgeving beleeft op precies dezelfde manier als de middeleeuwse bewoners.

Als de warmte ons even te veel wordt, koelen we onder aan het kasteel even af in zeegrot Merlin’s Cave. We kuieren wat op het strandje dat de dichter Tennyson vereeuwigde in zijn Idylls of the King, een reeks lange gedichten over Koning Arthur en de Ridders van de Ronde Tafel. Als we de omgeving in ons opnemen, begrijpen we waarom zoveel kunstenaars en schrijvers zich hierdoor lieten inspireren.

En dan gaan we terug de baan op, een heel eind naar camping Wheal Rodney Holiday Park in Marazion, waar we drie nachten zullen verblijven. Onderweg passeren we de haventjes Port Isaac en Port Gaverne, waar de vissersbootjes in de modder op het hoogtij wachten.

Op onze eerste dag in het zuidwestelijkste tipje van Engeland bezoeken we Penzance voor enkele nieuwe gasbidons en daarna rijden we door naar Praa Sands Beach. Zeg nu zelf: stralend weer in Engeland is een zeldzaamheid, we kunnen gewoon niet anders dan een namiddag op het strand door te brengen.

Vol zonne-energie bezoeken we de volgende dag nog een kasteel: St Michael’s Mount. ‘St Michael’s Mount’ is Mont Saint-Michel in het Engels, en dat is ook precies waar het kasteel ons aan doet denken. De weg naar het getijdeneiland is enkel toegankelijk bij laagtij. Op het eiland staan een kasteel en een 15de-eeuwse kapel. Een zekere kolonel John St Aubyn kocht het in 1659 en het eiland is nog altijd in het bezit van de familie, maar wordt beheerd door de National Trust. Hoe dan ook loont een bezoek aan het kasteel absoluut de moeite.

We bezoeken ook het uiterste puntje van Cornwall en meteen het meest zuidwestelijke uiteinde van het Verenigd Koninkrijk: Land’s End. Knap uitzicht, maar zonder de bijzondere geografische ligging nu ook weer niet zó bijzonder. Dan voelen wij persoonlijk meer voor Sennen Cove iets verderop, een geweldige baai waar we met veel plezier voor naar beneden klimmen. De gegrilde gamba’s die we er eten zijn de schaaldi… euh, kers op de taart.

Dag 9: Land’s End – Lydford: Wandelen langs watervallen

Onderweg zijn met de camper, dat is ook plaatselijke supermarkten bezoeken om je voorraden aan te vullen. Het maakt allemaal deel uit van de charme van kamperen, en als rasechte kampeerders bezochten we ook de outdoorwinkel Newquay Camping. Na de vruchteloze omweg naar de outdoorwinkel zetten we koers naar Lydford. Daar ligt Lydford Gorge, met zijn 30 meter de diepste kloof van Zuidwest-Engeland. Knap! Je kan er een rondwandeling maken van 5 km en halverwege tref je watervallen aan. Het is een mooie, maar commercieel uitgebate wandeling. In elk geval kan het pad vlak bij het water onze dochters bekoren. Vlak bij Lydford Gorge vinden we de pub The Castle Inn. We mogen op de parking overnachten op voorwaarde dat we er eten. Dat is hoegenaamd geen zware opgave, want het avondeten is er geweldig lekker. Hoezo, ‘onsmakelijke’ Britse keuken?

Dag 10-11: Lydford-Exeter: Camping naast een pretpark

Als we ’s anderendaags vertrekken naar Dartmoor National Park, openen de hemelsluizen zich even. We bezoeken in Princetown eerst het National Park Visitor Centre: ooit schreef Arthur Conan Doyle er zijn lokaal spelende Sherlock Holmes-griezelverhaal The Hound of the Baskervilles, nu kan je er iets opsteken over fauna en flora, en de prehistorische vondsten. Daarna lunchen we in The Plume Of Feathers Inn vlakbij. Je kan hier echt wel vaak lekker eten, en goedkoper dan in België!

We rijden naar Postbridge, waar weer een mooi voorbeeld van een clapper bridge ligt. Jammer genoeg is het er bij het bezoekerscentrum voor ons veel te toeristisch en dus zijn we na 5 minuutjes alweer onderweg. We maken een leuke wandeling vanaf Saddle Tor South Car Park tot Haytor Rocks, een woeste, maar indrukwekkende granieten heuveltop. De (wilde) Dartmoorpony’s komen nieuwsgierig onze bus inspecteren.

Daarna rijden we naar onze laatste camping van deze reis, een verrassing voor de meisjes. We reserveerden twee nachtjes in Crealy Meadows Caravan & Camping Park. De camping is verbonden aan een pretpark waar je via een poortje gewoon in kan. De hemel voor de kinderen, en best wel gemakkelijk voor ons: eten doe je gewoon aan je camper en je bent even snel uit de drukte dan dat je erin duikt. Het is vermoeiend in de warmte, maar de meisjes genieten met volle teugen van Crealy Adventure Park. Wijzelf zijn er niet zo rouwig om dat het park al sluit om 17 uur…

Dag 12-13: Exeter-Opwijk: Bergues als mooie bonus

De dag van de onvermijdelijke lange trip naar Dover. We passeren Stonehenge op een steenworp en de kijkfile erlangs. In Dover shoppen we nog Engelse lekkernijen en uiteindelijk komen we aan in Frankrijk rond 21.30 uur. Niet veel verder slapen we op de drukbezette, maar gratis camperplaats van Bergues, vlak bij Duinkerke.

Op zoek naar een bakker belanden we in Bergues zelf en dat blijkt nog een mooie bonus. Het ommuurde stadje Bergues/Bergen/Sint-Winoksbergen is een bezoekje waard. Als je de film Bienvenue chez les Ch’tis kent, dan heb je het pittoreske stadsplein met zijn imposante belfort al gezien. Bij de bevrijding in 1944 werd de stad grotendeels verwoest, maar daar is nu niets meer van te merken.

Thuis, in Opwijk, is het weer eerst wennen aan alle ruimte en luxe na bijna twee weken in een camperbus. Maar wat is het heerlijk om met je eigen camper zoveel te kunnen zien op zo korte tijd! Roadtrippen bevalt ons, al weten we dat we ook geluk hebben gehad dat Zuidwest-Engeland zich van zijn zonnigste kant heeft laten zien.

deel Artikel

Word lid voor 39€

Op zoek naar kwalitatieve invulling van je vrije tijd?

Word lid van Pasar en ontdek een wereld vol boeiende activiteiten, inspirerende reizen en gezellige samenkomsten. Met Pasar geniet je van een gevarieerd aanbod aan uitstappen en evenementen, afgestemd op jouw interesses en wensen. Sluit je aan bij onze warme community en beleef onvergetelijke momenten samen met andere enthousiaste leden.

Ga voor de Pasar-pas!

lees meer